Koert Capel
Kwaliteitsmanager onderwijs, 2018
Het is een vraag die me vaak gesteld wordt als ik vertel over onze ISO-certificering: “Haal je daar de eisen van de Inspectie mee?” De Onderwijsinspectie is immers een nadrukkelijk in ons hoofd aanwezige belanghebbende, eentje die we vaak ook té belangrijk maken. Het Onderzoekskader 2017 wordt nogal eens beleefd als kwaliteitsdoelstelling in plaats van als ondergrens. Maar is het OnderZoekskader eigenlijk wel een geschikt normenkader?Eigenlijk stuur je dan op het halen van een 5,5: lager kan tenslotte niet. Als onze leerlingen dat doen, schudden wij onderwijsmensen mismoedig ons hoofd. Maar als de Inspectie onze school na een bezoek een voldoende toekent, laten we opgelucht taart aanrukken!
De meeste besturen zijn tevreden als hun scholen en/of opleidingen voldoen aan de minimumeisen.
Onlangs schreef de Staat van het Onderwijs 2018, vrij geciteerd: “De meeste besturen zijn tevreden als hun scholen en/of opleidingen voldoen aan de minimumeisen en handelen vooral als dit niet (meer) het geval is.” En: “De variëteit aan opvattingen over wat goede kwaliteit is staat verbetering in de weg, evenals gebrek aan kaders en steun op sommige scholen.” Het lijkt bijna geen toeval dat de nieuwe ISO 21001:2018 “Management systems for educational organizations” vrijwel tegelijkertijd uitkwam. In het ene rapport signaleert de Onderwijsinspectie dat nog weinig wordt gestuurd op kwaliteit, in het andere beschrijven 140 deskundigen uit 44 landen randvoorwaarden voor een kwalitatief goede onderwijsorganisatie. Is dat een opening voor sturen op een hogere doelstelling?
Nu is kwaliteit van onderwijs niet hetzelfde als kwaliteit van de onderwijsorganisatie. Maar sturen op onderwijskwaliteit is bijzonder lastig als de onderliggende organisatie er niet op ingericht is, mensen niet optimaal kunnen functioneren en processen niet lopen. Hoe je dát doet vind je in het Onderzoekskader 2017 niet terug. En waar begin je dan met sturen, en met wie, en hoe? Voor je het weet verzand je weer in die veel te uitgebreide JOB-analyses of woordspinnen over teamvisie, of je werkt je Yucan nog maar eens bij. Een enigszins uitgedacht vehikel om de onderwijskwaliteit structureel te verbeteren ontbreekt en je blijft hangen in reactief handelen. Toch?
Juist in zo’n start- en ontwikkelfase is een frame dat richting geeft dan waardevol en krachtig. In de ISO 21001-norm is een brede consensus beschreven over kwaliteit van onderwijsorganisaties. Wie zal tegenspreken dat je daar een goed handvat aan hebt? De norm geeft aanknopingspunten voor inrichting van kwaliteitsmanagement, waarmee je onderwijsontwikkeling en organisatie in lijn kunt brengen. Gewoon beginnen op pagina 1: niemand zegt dat jij gecertificeerd moet worden of moet blijven! Maar je leest wel de handleiding tot een draaiende PDCA-cyclus.
“Voldoen aan ISO-normen zegt niks over ons oordeel,” waarschuwt de Inspectie – een reëel standpunt. Maar die normen hebben wél raakvlakken met Onderzoekskader 2017, dat bijvoorbeeld aanbeveelt om onze blik meer naar andere belanghebbenden te richten: studenten, ouders, bedrijven, medewerkers. Kwaliteit wordt gezocht in dialoog en relaties en minder dan voorheen in documentatie. De ISO-normen werken dat echter ook uit. En ze hebben een veel breder focus. Ze benaderen integraal randvoorwaarden, processen, context, verantwoordelijkheden, kansen en risico’s, structurele evaluatie. Veelal dingen die je niet uit het Onderzoekskader 2017 haalt, maar die gewoon horen bij een actuele organisatie en een gezond en stimulerend fundament onder je ambities voor onderwijskwaliteit.
ISO-normen beschrijven een gezond en stimulerend fundament onder je ambities voor onderwijskwaliteit.
En dát element herkent de Inspectie vast wel. Die hanteert zelf ook ISO 9001 als basis voor het waarborgen van de eigen kwaliteit. Het is op metaniveau ook niet zo toevallig dat de nieuwe ISO-normen en het nieuwe Onderzoekskader 2017 opvallende familietrekjes vertonen. Het vakgebied Kwaliteit is wereldwijd relatief jong. Inzichten en principes zijn zodanig naar elkaar toe aan het groeien dat systemen steeds meer gemeenschappelijk krijgen.
ISO-certificering zegt dus op zichzelf niet dat je voldoet aan het Inspectiekader, maar het gaat je zeer helpen om aan die eisen te voldoen. Let op, een ISO-certificering is op zijn beurt ook een ondergrens. Je hebt dan alles in huis om kwaliteit te kunnen gáán leveren – je moet het alleen nog wel doen. Voldoen aan wettelijke eisen, zoals het Inspectiekader, is daar dan onderdeel van. Maar je start niet meer op de bodem, maar vanaf een lanceerplatform, klaar voor jaren van kansrijk ontwikkelen, falen, evalueren en evolueren. Vele malen leuker dan het dichtplamuren van gaten voor de Inspectie-APK.
Meer weten over certificeren?
Wil je meer weten over het opzetten, invoeren en certificeren van een kwaliteitssysteem, gebaseerd op ISO 9001, ISO 21000 of gewoon ‘gezond verstand’? Schrijf je dan in voor onze inspiratiemail of neem contact met ons op, kunnen we kijken wat je vraag is en of we je ermee kunnen helpen.